Het afgelopen jaar stond met name in het teken van de implementatie van gewijzigde Europese wet- en regelgeving, die als doel heeft de inzet van conventionele biobrandstoffen (op basis van landbouwgewassen) te beperken en de inzet van geavanceerde biobrandstoffen (op basis van afvalstoffen en residuen) te stimuleren. De nieuwe eisen werden op 1 juli 2018 van kracht, met terugwerkende kracht tot 1 januari 2018.
Een ander heel belangrijk speerpunt van de gewijzigde wet- en regelgeving is de eis dat bedrijven biobrandstof aantoonbaar leveren aan de Nederlandse markt voor vervoer. Dit om er zeker van te zijn dat er niet alleen op papier, maar ook in werkelijkheid meer hernieuwbare energie in Nederland wordt ingezet. Dit was overigens binnen de eerdere wetgeving ook uitdrukkelijk de doelstelling. Verder is ook geregeld dat de doelstelling hernieuwbare energie voor een bredere reikwijdte aan vervoersbestemmingen geldt, verificateurs moeten gaan werken volgens goedgekeurde protocollen en bedrijven moeten expliciet aantonen dat afvalgrondstoffen niet bewust zijn gecreëerd of bewerkt. Ten slotte is op advies van de NEa ook de mogelijkheid voor het verzilveren van leveringen van elektriciteit verruimd, in lijn met het Codebesluit meerdere leveranciers op een aansluiting.
De NEa heeft aan alle wijzigingen uitvoerig aandacht besteed tijdens bijeenkomsten, op de website en door het beantwoorden van vele honderden vragen van bedrijven via de helpdesk. We hebben onze website geactualiseerd en anders ingedeeld, zodat relevante informatie sneller vindbaar is. En voor de naleving essentieel: we hebben een nieuwe versie van het Register Energie voor Vervoer gelanceerd.
In 2018 is van het bedrijfsleven veel gevraagd. Onze indruk is dat we de bedrijven hier goed bij hebben begeleid. De voorlichtingsbijeenkomsten werden goed bezocht en positief geëvalueerd. De implementatie lijkt vooralsnog dan ook tot een soepele uitvoering te leiden. Hierdoor liggen we op koers om de Europese doelstellingen van 10% hernieuwbare energie in transport en 6% emissiereductie in de brandstofketen te halen in 2020.
Ik kijk dan ook met trots terug op een jaar waarin we wederom stappen hebben gezet in onze ambities als efficiënte en goed functionerende uitvoeringsorganisatie en toonaangevende autoriteit. Dit komt bijvoorbeeld ook tot uiting in de uitgebreide informatie die we in onze rapportages hebben opgenomen over de CO2-prestaties van verschillende vormen van hernieuwbare energie en van individuele bedrijven.
Vol vertrouwen gaan we verder met de voorbereidingen op de volgende belangrijke verandering in de systematiek: de implementatie van de herzien richtlijn hernieuwbare energie (RED II) voor de periode na 2020.
Harry Geritz,
Hoofd Energie voor Vervoer